In ietsje meer dan een uur zal de Airbus 319 van SN Brussels Airlines ons naar de luchthaven van Malpensa, de grootste luchthaven ten noorden van Milaan, brengen.

Het is meteen ook één van de weinige momenten tijdens onze 3 daagse trip waarbij we de zaakvoerder van Maes Inox, zoals hier aan de zijde van zijn echtgenote Katrien, zo ontspannen zullen zien.

Er komen er nog wel een paar, maar ze zijn op één hand te tellen.

Want het gaat uiteraard ook nu over het imago van zijn succesvol bedrijf, en deze keer zelfs naar de ganse wereld toe.

In zijn zog naar de “ World Expo 2015 “ heeft Herman Maes zo’n 19 mensen mee, waaronder mensen van zijn bedrijf, belangrijke zakenrelaties en een aantal journalisten zoals Willem Asaert, culinair expert en bij het grote publiek het meest bekend als jurylid van “ Mijn Restaurant “, Sabine Goethals ( Focus Tv ) en dus ook ons.

 

 

De avenue (Via Ludovico di Breme) die er naar toe leidt ziet er een beetje troosteloos uit, maar het hotel op zich is top.

Voor minder doet Herman Maes het niet.

We denken zelfs dat alle belangrijke zakenlui die de wereldtentoonstelling, die op zo’n 10 minuutjes  hier vandaan ligt, bezoeken ,

het “ Hilton Hotel Double Tree “ als stek kiezen.

Zelfs de "cabin crews" van de diverse  luchtvaartmaatschappijen die Malpensa aanvliegen komen hier blijkbaar uitrusten.

Zien we daar toevallig ook niet koning Filip van België inchecken?

 

 

 

De officiële opening van het Belgisch Paviljoen is pas voor morgen, maar Herman wil vandaag toch al eens naar de expo-terreinen afzakken, niet alleen om wat “andere landen” aan te doen, maar  vooral om eens te kijken of zijn materiaal er nog allemaal staat en alles nog functioneert.

“ En petit comité “, want we zijn de enige persmensen die vanmiddag mee in de taxi stappen.

 

Het cliché is er, dat alle West-Vlamingen keiharde werkers zijn.

Maar waarom is het ene bedrijf dan zo veel succesvoller dan het ander?

Volgens rechterhand van Herman Maes, Jean Marie Lecluyse ( gans rechts op de foto) , is het eigenlijk heel simpel :

“ Herman is een artiest, hij is in zijn gedachten altijd aan het "designen" en schetsen”.

” Je moet dan wel zo iemand in huis hebben”, vullen we dan maar aan.

We denken meteen aan “ Le Penseur”, “ De Denker “, het bronzen meesterwerk van Auguste Rodin.

Helaas nemen veel bedrijven de tijd niet om eerst over iets na te denken, en het dan uit te voeren.

’ t Is natuurlijk ook een beetje een luxe om die tijd te hebben, de dag van vandaag  waar alles zo snel moet gaan.

Hoeveel tijd er precies is genomen om het “ Belgisch Paviljoen “ hier op de wereldexpo op een comfortabele manier neer te zetten, kwamen we niet zo direct te weten, maar hier en daar zal er toch nog wat gesleuteld (moeten ) worden.

Laat het ons wat  kinderziektes  noemen.

Zo vond Louis Reichman de Antwerpse topdiamantair , die we al jaren kennen als een, soms niet te doorgronden, maar altijd aimabel man, het toch enigszins jammer dat er met het diamantvormig fornuis van Herman niet wat meer werd gedaan

“ Mijnheer Maes, u heeft hier iets prachtig bedacht en uitgewerkt, maar ik zou het toch graag wat meer uitgelicht zien"

We horen intussen dat ook hier wordt aan gewerkt

De ganse keuken ( waar door de chefs in het Belgisch Paviljoen dan wel weer wordt op gekookt) is trouwens geleverd door de firma uit Harelbeke.

Ook de culinaire top-creaties die hierop worden klaargestoomd en de top-chefs die dit voor mekaar brengen zijn trouwens ook niet zo direct zichtbaar voor het grote publiek.

Ook daar zal misschien wel een grondige reden voor zijn.

 

 

“Vanavond ,20 uur, afspraak aan de  Piazza del Duomo”.

Afin, dat hadden we toch opgevangen toen we vanmiddag de groep verlieten.

Maar dat was zonder de waard, in dit geval Herman in witte thobe en keffiyeh (Arabisch hoofddeksel), gerekend.

“ Gebeurt al eens vaker “ zei rechterhand Jean-Marie ons “ en passant ”.

“Denk nu niet dat mijn hoofd daarvan pijn doet”- al houdt ie dat op bovenstaande foto toch even vast – “ momenten als deze in de coulissen van het “Qatarse” Paviljoen zijn zeldzaam.

Dan mag je al eens de tijd vergeten".

Om de pret dubbel zo groot te maken hebben we de piekfijn geoliede tandem van "Maes Inox"- want dat zijn ze- dan maar even ontdubbeld.

Het meisje in het midden schijnt dit zelfs helemaal niet erg te vinden.

 

 

Het “ Giacomo Arengario “ Ristorante is één der beste in de Milanese binnenstad.

Het uitzicht op de dom is er fenomenaal en de keuken is er prima

Het is al kwart voor negen als de baas van Maes Inox de lift naar de derde verdieping stuurt.

Maar eens boven is de beloning groot.

Het restaurant huist in een “20 century art museum”, en zijn “gleamy cocktail bar is “the place to be “ voor de Milanese kunst- en modewereld.

Ook de bediening krijgt in de meeste culinaire gidsen een zeer hoge score.

Waar wij het sinds ons bezoek aan deze toplocatie helemaal mee eens zijn.

Al viel een afscheidskus, zelfs voor een straffe delegatie als de onze, en ondanks de mooiklinkende naam “ Arengario “ moeilijk te “arrengeren”.

( willy van bouchaute)

(foto’s : anne-marie couliez)

Morgen op naar de tweede dag!

En dan komt er schoon volk naar het Belgisch Paviljoen !